Turnhoutse zelfoogsttuin neemt nieuwe start

28 November 2020

Turnhoutse zelfoogsttuin neemt nieuwe start

De zelfoogsttuin in de Turnhoutse Stadsboerderij is gebaseerd op het principe van Community Supported Agriculture (CSA), landbouw gedragen door de gemeenschap. ‘Wat dat voor ons concreet betekent, hebben we destijds bij de start in een concessieovereenkomst vastgelegd’, zegt schepen van Milieu en Duurzaamheid Astrid Wittebolle. ‘Onze intentie is dat de deelnemers betrokken zijn bij het reilen en zeilen van de zelfoogsttuin en dat ze engagementen opnemen. Ze betalen van tevoren lidgeld zodat er zekerheid is over haalbare investeringen. Ze worden mede-eigenaar van komende oogsten en delen daardoor in het oogstrisico, maar door de zelfoogst hebben ze toch vooral een rechtstreekse band met de teelt. En we hebben gekozen voor ecologische landbouw.’

De voorbije maanden is er onenigheid ontstaan tussen de leden van de zelfoogsttuin en vzw De Troef, concessiehouder van zowel Stadsboerderij als zelfoogsttuin. Die resulteerde uiteindelijk in een formele klacht vanuit de ledengroep. ‘Die klacht hebben we ondertussen in het schepencollege behandeld’, zegt Luc Op de Beeck, schepen van Werk en Economie. ‘Daartoe hebben we gesprekken gevoerd met leden van de zelfoogsttuin en met vertegenwoordigers van de raad van bestuur van De Troef. We hebben vastgesteld dat de communicatie tussen de verschillende actoren op het terrein zeer diffuus verloopt maar ook dat een aantal elementen uit de klacht terecht zijn en tot verbetering moeten leiden. De Troef erkent de tekortkomingen en toont een grote bereidheid ze te remediëren. Onze conclusie is dat er fouten zijn gemaakt, maar dat die fouten niet zwaar genoeg wegen om de concessie te verbreken. Het engagement van De Troef om het vertrouwen en de werking te herstellen, speelt daarbij een rol.’

‘We tekenen ook een vervolgtraject uit’, legt schepen Wittebolle uit. ‘Cruciaal daarin is dat De Troef een participatietraject zal opstarten met de CSA-leden. Het is de uitdrukkelijke bedoeling dat zij volwaardig worden betrokken in de uitbouw van de zelfoogsttuin. Zo moeten ze onder meer een grote inbreng krijgen wanneer het teeltplan wordt opgesteld of wanneer er activiteiten worden georganiseerd in de tuin. Bij de aanstelling van een nieuwe stadsboer(in) krijgen vertegenwoordigers van de leden een plaats in de selectiejury. En er wordt externe expertise beschikbaar gesteld rond permacultuur en biolandbouw. Al die aanvullende voorwaarden leggen we vast in een addendum aan de concessieovereenkomst, zodat ze bindend zijn.’  

‘Om de nieuwe start goed te begeleiden, zullen wij als lokaal bestuur bemiddelen bij de eerstvolgende ledenvergadering eind november. Als alles goed verloopt, en daar reken ik op, kan die ledenvergadering ineens ook de startvergadering zijn voor het participatietraject’, besluit schepen Op de Beeck.