Turnhout één van de negen kindvriendelijke plekken
17 December 2020
De stad Turnhout mag zich opnieuw 6 jaar lang een kindvriendelijke stad noemen. Dat is het resultaat van keihard samenwerken over alle domeinen heen. De komende jaren blijven wij - Groenen - investeren om onze stad nog meer kindvriendelijk te maken. Zo werken we verder aan een stad die aandacht heeft voor veilige fiets- en wandelroutes, een stad die inzet op schone lucht en beleefbaar groen op wandelafstand, een stad waar het aangenaam wonen en leven is voor alle generaties. Want als een stad goed is voor de kids, dan is ze geschikt voor iedereen: groot en klein. Het label 'kindvriendelijke stad kreeg het stadsbestuur van een jury van experten in kindvriendelijk beleid. Vlaams minister van Jeugd Benjamin Dalle overhandigde het label digitaal. Wat dit label inhoudt kan je bekijken via deze link
‘We willen van Turnhout een stad maken waar alle kinderen en jongeren vollen bak kunnen (op)groeien’. Stad Turnhout mag zich voor de tweede keer zes jaar lang officieel een kindvriendelijke stad noemen.
‘We willen van Turnhout een stad maken waar àlle kinderen en jongeren vollen bak kunnen (op)groeien. Kindvriendelijkheid is een goede toets voor een open, toegankelijke en duurzame stad voor iedereen’, omschrijft burgemeester Paul Van Miert het streefdoel van de stad.
Sinds Turnhout in 2014 het label behaalde, hebben beleidsmakers en medewerkers niet stilgezeten. Jan Van Otten, schepen van Jeugd: ‘We hebben een stevig draagvlak gecreëerd voor kindvriendelijkheid, zeker op het vlak van ruimtelijke thema’s. De komende jaren willen we een nog beter en breder kindvriendelijk beleid voeren. In het traject dat we doorlopen hebben, formuleerden we aanbevelingen samen met kinderen en jongeren, middenveldorganisaties en stadsdiensten. Die zijn verwerkt in het stedelijke meerjarenplan. Zo streven we naar een beleid voor, door en op maat van kinderen en jongeren. Maar we zijn ons ervan bewust dat het daarbij niet mag blijven: ook bij de uitvoering en de evaluatie van ons beleid moeten we kinderen en jongeren betrekken.
‘Wat werkt voor kinderen, komt meestal ook andere, vaak meer kwetsbare groepen ten goede.’ Marc Boogers, schepen van Mobiliteit.
Turnhout verlengt het label ‘kindvriendelijke stad’. Om zo’n beter en breder kindvriendelijk beleid te realiseren, speelt de regisseur ‘kind- en jeugdvriendelijke stad’ een belangrijke rol. Francis Stijnen, schepen van Financiën: ‘Enerzijds bewaakt die medewerker het kinder- en jongerenperspectief in alle acties die een impact hebben op de leefwereld van kinderen en jongeren. Anderzijds voert zij de regie over een aantal vernieuwende acties. Om te leren van goede voorbeelden, vertegenwoordigt onze regisseur Turnhout in tal van Vlaamse en internationale kind- en jeugdvriendelijke netwerken zoals bijvoorbeeld de intervisiegroep van labelsteden en -gemeenten.’
‘Er wordt door beleidsmakers vaak gesproken óver kinderen en jongeren, maar te weinig mét kinderen en jongeren. Met dit label belonen we steden en gemeenten die écht rekening houden met de impact van hun beslissingen op de brede leefwereld van kinderen, jongeren, hun gezinnen en verenigingen.’ Benjamin Dalle, Vlaams minister voor Jeugd.
Mobiliteit is een belangrijk thema in Turnhout. Het stadsbestuur wil dat lagere schoolkinderen zich zelfstandig kunnen verplaatsen. Schepen van Mobiliteit Marc Boogers schetst de aanpak: ‘We hebben Turnhout ingedeeld in ‘mobiliteitskamers’. In elke mobiliteitskamer werken we aan een veilig en aaneengesloten voetgangersnetwerk en aan autoluwe en dus veilig oversteekbare straten. We voorzien er ook speel- en ontmoetingsruimte. Met veilige oversteekplaatsen op drukke steenwegen creëren we ‘bruggen’ tussen de verschillende mobiliteitskamers.
Al die maatregelen werken ook voor senioren die onzekerder zijn geworden in het verkeer. Bovendien zorgen ze voor meer ontmoetingen, en dus meer sociale cohesie en sociale controle.’
‘We dragen met trots het label kindvriendelijke stad, maar beseffen dat we dat elke dag opnieuw moeten verdienen.’ Paul Van Miert, burgemeester Burgemeester Paul Van Miert ziet nog veel uitdagingen: ‘De feedback van de jury houdt ons scherp. Er is nog veel werk aan de winkel, denk maar aan (kinder)armoedebestrijding. We hopen samen met de hogere overheden, het middenveld, burgers en vooral met de kinderen en jongeren verder werk te maken van een straf kindvriendelijk beleid.’
‘Transversaal samenwerken is heel belangrijk. Door een intensieve samenwerking tussen de stadsdiensten, de gezondheids-, welzijns- en onderwijssector én de doelgroep zelf, maken we werk van ketenzorg: van een perinataal netwerk voor baby’s (in de buik), tot een plan rond kleuterparticipatie en een plan voor een positieve schoolloopbaan voor kinderen en jongeren.
Bij belangrijke scharniermomenten zoals de overstap van de voorschoolse opvang naar de kleuterschool, zorgen we voor een warme overgang’, vult schepen van Gelijke Kansen en Welzijn Kelly Verheyen aan. Turnhout verlengt het label ‘kindvriendelijke stad’.
‘Door een goed evenwicht te bewaren tussen intensieve processen en snelle, doelgerichte en zichtbare acties, maken we het kindvriendelijke beleid zichtbaar en creëren we een breder draagvlak. Zo zetten we steeds opnieuw stappen vooruit’, besluit Caroline Van den Eynde, programmaregisseur kind- en jeugdvriendelijke stad.
Een van de voorbeelden: inspraakmodel voor speel- en ontmoetingsruimte Jan Van Otten, schepen van Jeugd:
‘De jury kaartte terecht aan dat er op het vlak van communicatie, inspraak en participatie nog ruimte voor verbetering is. Voor de (her)aanleg van speel- en ontmoetingsruimten hebben we een inspraakmodel ontwikkeld waarbij we de buurtbewoners, dus óók kinderen en jongeren, in alle bepalende fases van het ontwerptraject betrekken.
Kinderen en jongeren bevragen we via methodieken op maat én op plekken waar zij zich bevinden. Zo werd bij de heraanleg van het Technicoplein geknutseld door de kinderen samen met de ontwerper aan een maquette.
De mening van de kinderen leggen we naast die van de andere buurtbewoners.
Het stadsbestuur koppelt na elke beslissingsronde terug naar de buurt. Die manier van werken creëert meer draagvlak bij de bewoners.’
Kristel Grootjans, diensthoofd Communicatie: ‘Bovenop het inspraakmodel voor speel- en ontmoetingsruimte willen we een communicatiemodel opzetten waarmee we de hele stad bereiken. Idealiter laten we daarbij zo veel en zo vaak mogelijk de kinderen en jongeren zélf aan het woord. We bekijken hoe we onze eigen communicatiekanalen met hen kunnen delen en door hen kunnen laten versterken, zodat ook andere stadsgenoten te weten komen wat er leeft bij onze jonge generaties.
Zo hebben we het plan om één keer per jaar ons Stadsmagazine in handen te geven van een kinderredactieraad.’
Met vragen over kindvriendelijke steden en gemeenten kan je terecht bij Bataljon en natuurlijk ook bij onze groene mandatarissen.