80 jaar bevrijding Turnhout
23 September 2024
24 september 1945 werd Turnhout bevrijd.
Dat werd op 22 september 2024 gevierd met onder andere een ingetogen ceremonie op begraafplaats Kwakkelstraat.
In de bibliotheek loopt er een 'tijdelijke tentoonstelling' over de bevrijding en de stadsgidsen hebben 2 struikelsteen-routes uitgestippeld ( een noordelijke en een zuidelijke) die je 21 september kon volgen. Ook zaterdag 28 september 2024, zaterdag 12 oktober 2024 van 10 tot 12 uur en zaterdag 5 oktober 2024 van 14 tot 16 uur kan je nog ze wandelen onder leiding van een stadgids.
Daarnaast konden dit weekend (20-22 september) dappere stappers de vluchtroute Turnhout naar Uden. In het vluchtelingenkamp van Uden verbleven heel wat Turnhoutenaars en andere vluchtelingen die via Turnhout de grens werden overgesmokkeld werden naar Nederland.
Onder de vluchtelingen bevonden zich ook enkele Joodse families die tijdelijk ondergedoken leefden in onze stad.
Zo was in 2010 de toen 73-jarige Lucïenne Blumenthal op zoek naar de familie in het Turnhoutse waar ze ondergedoken leefde. Eén van de struikelstenen vind je terug in Veldstraat - de Familie Bialer-Herz; vader Awigdor, moeder Ilse, zoon Isy en dochter Marie woonden er sinds april 1941. Ze worden op 28 februari 1942 geïnterneerd en op 4 augustus 1942 vanuit de Dossin kazerne gedeporteerd naar Auschwitz. Deze familie overleeft de oorlog niet.
Wanneer de geallieerden de Belgisch-Franse grens overstaken, werd het voor de Duitse bezetter in ons land alsook voor de collaborateurs duidelijk dat de situatie onhoudbaar werd. De geallieerde opmars was nu niet meer te stuitten. Op zondag 3 september deden ze hun intocht in Brussel. In enkele dagen tijd werd het grootste gedeelte van België bevrijd.
Voor de Turnhoutenaars was de nachtmerrie nog niet voorbij. De Kempen werd omwille van de langdurige gevechten aan het Albertkanaal zeer langzaam bevrijd. De Turnhoutse verhalen van toen - tonen heel wat gelijkenissen met gebeurtenissen vandaag.
"Vanaf 12 september lag ook Turnhout in de frontlinie en was het voortaan uiterst zenuwachtig vertoeven in de stad. Terugtrekkende Duitse soldaten zorgde voor een nerveuze en vijandige sfeer, zowel met de bevolking als tussen de soldaten onderling.
De terugtocht van de Duitse troepen verliep niet vlekkeloos. Het meest dramatische voorval deed zich voor op 4 september 1944 toen 7 jongelingen werden aangehouden nabij het St.-Jozefcollege op het Stokt en aldaar, op verdenking van plundering van wapens en munitie, zonder enige vorm van proces werden gefusilleerd. Ze waren allen tussen de 17 en 24 jaar oud. Diezelfde ochtend viel er ook een ander slachtoffer: nachtwaker Van Waelderen werd tijdens zijn bewakingsdienst door een Duits soldaat neergeschoten en overleed aan zijn verwondingen.
De meeste ongeoorloofde zaken die zich tijdens de Duitse terugtocht voordeden, ging over diefstallen en brutaliteiten. Op 29 augustus sloegen Duitse soldaten tot twee maal toe een bewaker van de telefooncentrale. Bij Alphons Peinen uit Oosthoven namen terugtrekkende Duitsers een paard en kar mee. Op de fabriek van Bloemmolens Coppens gingen ze met een “Minerva”-vrachtwagen met aanhangwagen aan de haal. In het winkeltje van Edmond Van Ael werden 2760 sigaretten gestolen en bij een boer werden er 575 struiken aardappelen van zijn akker gestolen.
Op 7 september liet de Duitse bevelhebber via burgemeester Van Hoeck aan de bevolking weten dat het verboden was om met meer dan twee personen op straat te komen. Verder verbood hij om op openbare plaatsen en pleinen gegroepeerd te staan en om de handen in de broek- of jaszakken te houden.
Vanaf maandag 18 september werd het wel heel heet onder de voeten van de Duitse soldaten te Turnhout. De stad werd sindsdien in staat van verdediging gebracht en de Duitsers maakten aanstalte om zich achter de Turnhoutse Vaart terug te trekken.
Op zaterdag 23 september waren de geallieerden tot vlakbij Turnhout genaderd. De Duitsers besloten zich terug te trekken. Die dag was het voor de mannelijke bevolking van Turnhout tussen de 15 en 65 jaar verboden om zich op straat te begeven. Het verzet werd vanaf die dag actief en het begon strategisch belangrijke posities in Turnhout te bezetten, van zodra de Duitsers achter het kanaal waren teruggetrokken.
In de nacht van 23 op 24 september waren de laatste Duitsers uit Turnhout verdwenen en hielden ze zich schuil achter de Turnhoutse Vaart. Op zondag 24 september rond tien uur in de voormiddag werd Turnhout dan eindelijk bevrijd door manschappen van het B-scquadron, deel van de 49ste Britse West Riding divisie, onder leiding van de kolonels Newton en Eykin. Ze werden al vrij snel gevolgd door de 156ste Field Company van de Royal Engineers, de Royal Scotch Fusilliers en andere eenheden van dezelfde 49ste divisie.
Met die terugtocht van de Duitsers uit de stad was de oorlog voor de inwoners van Turnhout nog lang niet voorbij. De gevechten aan het kanaal zouden aanhouden tot 3 oktober. Daarmee lag de stad in de eerst gevechtslinie en obusontploffingen in enkele stadsgedeelten maakte nog 11 burgerslachtoffers maakten.
Ook de dag van vandaag zijn er nog veel conflicten en ook vluchtelingen zijn op zoek naar een veilige plek op hun leven op te bouwen. Daarom is blijven werken aan vrede en verbinding geen idyllische droom maar een noodzakelijke realiteit. Want ook al zijn er parallellen te trekken tussen toen en nu, de geschiedenis herhaalt zich nooit exact hetzelfde. Wij kunnen andere keuzes maken.